Woensdag 14 november tm maandag 19 november

19 november 2018 - Bloemhof, Zuid-Afrika

Woensdag 14 november.

Gisterenavond waren we genoodzaakt een groot vuur te maken, een spijkerbroek aan te trekken en een trui. En dat omdat het overdag 's middags wel 30C is, maar omdat het 's avonds behoorlijk afkoelt en we het koud hebben. Karin had haar trui verloren op Schiphol en in Ondangwa hebben we een rode sweater gekocht voor €8 waar ze nu toch erg blij mee is. We reden van Swakopmund naar Walvisbaai. De koelkast doet het weer en dus deden we inkopen in een Shopping Mall. Belachelijk groot en heel veel winkels. Vlees, briketten, water, yoghurt, olijven, italiaanse broodjes. We gingen even de stad in naar de Tourist Info, want we wilden een permit voor het Namib Nature Reserve. Uiteindelijk vonden we het Ministry of Environment and Tourism in de haven. Overal werklui, die fish en chips eten, wat langs de kant van de straat wordt bereid. Een permit voor dat Reserve had men niet, misschien in Luederitz te krijgen. We vertrokken landinwaarts, zagen veel flamingo's en vonden het track naar Gobabeb. Dat was 70 kilometer rechtdoor door de woestijn. De weg is washboard en zelfs bij 80 kilometer per uur rammelt het verschrikkelijk. Er groeit niets, enkel zand en rotsen. Bij Gobabeb was een Research Station van de Universiteit van Namibië om te onderzoeken hoe men kan overleven in de woestijn. Zonne-energie, water uit de lucht halen, planten verbouwen et cetera. Er verblijven tussen de 30 en 70 personen. Er is zelfs een volleybalveld en een zwembad, maar het is er te droog en te heet. Verder naar een uitkijkpunt. Uiteindelijk kwamen we bij een GSM zendmast boven op een berg, waar een pad naar toe liep. Boven stond er een caravan en.....kwamen er twee jongens uit. Zij bewaken de MTC zendmast en doen dat al zes jaar. Pfffff. En dat zonder koelkast. We gaven ze elk een koud biertje en dat hadden ze lang niet gehad. We keken nog naar een Canyon, maar vonden het niet mooi genoeg om er te overnachten. Dus verder gereden door een maanlandschap en kwamen uiteindelijk in Solitaire. We wilden bij een Guest Farm overnachten. Helaas was die volgeboekt. Wel jammer: met zwembad en wifi. Dus naar de nederzetting zelf gereden. Solitaire is in 1946 gesticht door een man, die er een tankstation, een shop en een bakkerij begon. De bakkerij is beroemd vanwege zijn apfelstrudel. Er is een lodge en een campsite. Daar bleven we en stonden naast de landingsbaan van Solitaire Airport, waar een paar jaar terug nog een vliegtuigje was geland. Het uitzicht op de hoogvlakte was indrukwekkend. Het heeft midden Oktober ook hier geregend en dus is alles licht groen. Ook hier was een zwembad, maar de wifi deed het niet. Aan het zwembad liggen 3 Duitse jonge meiden. Wat die hier zoeken, snappen we niet. En ook wel wat Engelse pensionado's. Het was toppie. Het begon rond 6 uur hard te waaien, maar de BBQ deed weer zijn werk: nu een maiskolf en een texas steak van een kilo, die we niet helemaal opaten. Na de zonsondergang ging ik nog even douchen.

Donderdag 15 november.

Op pad naar Sossusvlei. De weg was gravel maar goed en het gerammel viel mee. Omdat het in oktober heeft geregend zit er een groene waas over het landschap en bloeien veel woestijnplantjes. Het is anders dan dat we dat ooit hebben gezien. In Namibië valt tussen de 50 en 100 millimeter regen per jaar en alleen in Oktober is er al 46 millimeter gevallen. Daarvoor in mei een enkele druppel. Sesriem, de gate naar Sossusvlei is gigantisch veranderd in een massa toeristen oord. De camping waar we ooit stonden had toen 5 plekken waarvan er 2 bezet waren. Nu 30 plekken en vol. We krijgen een plekje op een overflow terrein. De weg van Sesriem naar Sossusvlei is asfalt. De rode duinen zijn nog wel net zo mooi, maar het is te massaal. Aan het eind van de vallei staan tientallen veewagens, waarin de toeristen worden vervoerd. Je kunt nog een paar kiloneter doorrijden door het zand. Dat deden we en waren bijna iedereen kwijt. Aan het einde van het track stonden wat Anna trees en een bankje. Daar gestopt en ga ik weer onze obligate en gebruikelijke verrukkelijke tonijn salade maken. Toen we er kwamen stonden er nog 3 auto's, maar die verdwenen. Er kwam nog een groep Duitse toeristen aanlopen, maar die verdwenen ook na verloop van tijd. Ze vonden het te warm. Het was er dan ook 39C. We bleven lekker wat zitten lezen. Terug zaten we bijna vast in het zand. Dat krijg je nu als je je bandenspanning niet reduceert en daar gaat waar geen toeristen zijn. Terug bij Sesriem Gate keken we of er een zwembad was bij de camping. Die was te vies. Wel kregen we bevestigd, dat we vrijdagmorgen om 5.30 uur een ballonvaart van een uur konden maken en na de landing een champagne ontbijt zouden voorgeschoteld krijgen. We keken naar een andere camping en vonden vlakbij de Oasis Campsite met grasveldje - hoe bestaat het - zwembad en wifi. Elke plek heeft een eigen keukentje, douche, wc (superschoon met toiletpapier) en een overkapping, waar je onder kunt zitten, want in de Oasis zijn er (nog) geen bomen. We gingen direct op het zwembad af. Ik vond het water zelfs koud. Mail opgehaald, foto's gedownload, bier en wijn gehaald. Zo valt 39C goed uit te houden. Het wordt hier laat donker: de zon gaat om 19.00 uur onder en het is donker een half uur later. In Nederland is het een uur vroeger. Het ging heel hard waaien, maar de BBQ deed het snel. Nu een rumpsteak van slechts 900 gram met spaghetti carbonara, sla en een maiskolf.

Vrijdag 16 november.

Het bleef de hele nacht waaien en voor het eerst hadden we last van muggen in de tent. En niet zo weinig ook. De wekker maakte ons om 4.30 uur wakker, maar ons vermoeden werd bewaarheid: het was te onveilig om een ballonvlucht te maken. Of je zou landen in de Atlantische Oceaan of ergens in de binnenlanden van Angola..... Dus de boel snel ingepakt en verder naar het zuiden. De weg was washboard, maar na 200 kilometer werd het beter en kwamen we in Helmeringhausen in het hotel met dezelfde naam. Ook weer beroemd om zijn Apfelstrudel, bratwurst en allerlei Duitse specialiteiten. We gingen er lunchen, maar dat viel wat tegen. We besloten verder af te zakken naar het zuiden en reden langs het Namib Nature Reserve. Dat waren eerst een aantal boerderijen op een oppervlakte gelijk aan half Nederland, maar het was niet te doen om vee te houden. Een boer kocht een aantal anderen uit en samen met anderen besloot hij een prive wildpark te maken met een aantal lodges. Ze fokken er gemsbokken, zebra's, Lechwe en struisvogels. Het landschap is adembenemend. Vijftig kilometer na Helmeringhausen zagen we twee fietsers. Die hielden ons aan. Het kan niet anders dan dat zij uit Nederland komen. En ja hoor, Floor en Siem uit Utrecht, die in ruim een half jaar van Kenia naar Kaapstad fietsen. Ze vroegen om water, kregen koud water, koude cola, toastjes met tonijnsalade, restanten rumpsteak en texan beef en een appel. We hebben groot respect voor wat ze doen. 40 tot 50 kilometer per dag en tot nu toe slechts 6 lekke banden. We wisselden gegevens uit, het is een leuk stel en hopelijk zien we ze nog eens in Nederland. We tankten in Aus, belachelijk tegenover het Bahnhof Hotel en namen de weg weer verder naar het zuiden, de C13 naar Rosh Pinah, vlakbij de grens tussen Namibië en Zuid Afrika. Daar konden we het 4WD trail en de camping niet vinden en reden door naar het Ai-Ais Richtersveld transfrontier park. Bij een gate kregen we te horen, dat er een camping zou zijn, Boplaats op 40 kilometer langs de Orange rivier. Er stroomde veel water door de rivier, de weg is super en we arriveerden in Boplaats, een camping in aanbouw, waar niemand stond. Maar groen dat dat is: grasveldjes, afrikaantjes, beregeningsinstallaties, water, veel water, douches en dat aan een rivier waar je in kunt kanoën. We liepen wat rond en verbaasden ons over de schoonheid van deze onontdekte parel. Koken en vuur....

Zaterdag 17 november.

Eigenlijk heet de Orange River de Oranjerivier omdat er ooit een stadhouder of koning uit Nederland zijn handen er in heeft gewassen. De rivier is 2.600 kilometer lang, begint in Lesotho en komt uit in de Atlantische Oceaan. Er is altijd water in aanwezig. We maakten koffie voor Gracie en Rob, het stel uit Canada, die bij gebrek aan een tent altijd buiten slapen in hun slaapzak. We volgden de Oranjerivier en kwamen in Aussenkehr, een belachelijke plaats. Omdat er altijd water is in de Oranjerivier is men het naastgelegen stuk land gaan irrigeren en zijn er alleen al in Aussenkehr 30 km2 wijnranken. De wijn wordt enkel geexporteerd en is niet bedoeld voor de consumptie in Namibie. Een stuk of 100 Zuid-Afrikaanse en Duitse boeren zijn de eigenaren van de wijngaarden en er werken afhankelijk van het seizoen tussen de 5.000 en 25.000 zwarte arbeiders, die €5 per dag verdienen en in grote townships wonen. Je kunt er de wijn dan ook niet proeven en of kopen. We reden door naar Noordoever en zochten een camping aan de rivier. Dat werd Felix Unite, gerund door een Portugees. We spraken er af om om 12 uur in kano's de rivier te gaan afzakken. Dat deden we samen met (natuurlijk) twee Duitse stellen en Ralph uit Namibië als gids. De stroomversnellingen stelden niet veel voor. In de rivier speelden jongetjes, waren mannen aan het vliegvissen en stonden veel vrouwen de was te doen of met netten vis te vangen. De rivier is eigenlijk al Zuid-Afrika. Over de 10 kilometer deden we relaxed 3 uur, maar dat moet ook wel bij 40C. We zwommen vaak omdat we geen krokodillen of nijlpaarden zagen. Terug bij de camping snel het zwembad in met bier en chips. Het is een luxe bedoeling, maar het kost niets: we dineerden er met vis, ik een rumpsteak van 450 gram, een fles goede witte wijn met alles er op en er aan en een vorstelijke fooi voor €30. Het was een beetje een goedmakertje deze dag voor het niet doorgaan van onze ballonvlucht met champagne ontbijt. Patsers !!! De ondergaande zon was op zijn mooist.

Zondag 18 november.

We zaten een beetje in dubio wat te doen: twee dagen flink doorrijden, de laatste avond Hermien, mijn tante in Gaborone, Botswana bezoeken of relaxed nog wat door het Noorden van Zuid-Afrika te rijden langzaam terug naar Johannesburg. Het werd het laatste. Bij Noordoever staken we de Oranjerivier over en passeerden de Zuid-Afrikaanse grens. Dat ging vlot. De afstanden zijn wel groot. Eerst naar Springbok op 160 kilometer van Noordoever en niets onderweg. Toen naar Pofadder, weer 160 kilometer en niets onderweg. We besloten naar de Augrabies watervallen te gaan, nog weer 160 kilometer verder en aan dezelfde Oranjerivier gelegen. Ook daar wijn en wijn. Augrabies is een nationaal park met een campsite  met drie zwembaden. We kwamen er om 13.00 aan. 500 kilometer in 6 uur inclusief tanken. Maar er is dan ook geen verkeer op de tweebaanswegen. Eerst snel tonijnsalade, gezwommen in een zwembad van olympische afmetingen voor ons alleen. De boel verkend. Het is een ruig landschap, lijkend op een maanlandschap, waar bergen en rotsen zijn neergegooid. De waterval is spectaculair: er stroomt 2,5 miljoen liter water per minuut door. Maar wel warm met 40C. We bezochten wat uitzichtpunten en waterholes, maar hadden meer zin in zwembad met bier, wijn, chips en olijven. Op de camping veel gras en staan de sprinklers te spuiten, omdat er hier geen tekort is aan water. Nog twee dagen en dan weer terug. Meestal zijn de laatste dagen minder omdat je geen risico wilt lopen en op tijd wilt terug zijn voor je terugvlucht, maar vandaag waren de watervallen een goede keuze.

Maandag 19 november.

Voor de laatste keer pannenkoeken als ontbijt. Vogels houden ook van pannenkoeken, want ze gingen op tafel vlak bij mijn bord zitten. Plotseling hoorde ik wat achter mij en stond er een van de grootste bavianen, die ik ooit had gezien een meter achter mij en keek nog al agressief. Ik probeerde hem met een schreeuw weg te jagen om onze pannenkoeken te beschermen. Maar hij sjeesde richting auto sprong op de zijkant en wist er feilloos een tupperware met crackertjes te pakken. De suiker, de biotex, de drop niet, maar precies de crackers. Hij rende 10 meter weg, wist de vierzijdige sluiting in een wip te openen, hield het bakje triomfantelijk voor zijn pens en at alle crackers op. Het bakje liet hij daarna liggen en ging op de volgende groep argeloze dierenliefhebbers af. Johannesburg is nog bijna 1.000 kilometer weg en besloten we een camping te zoeken op zo'n 300 kilometer van Johannesburg. Dat werd het Bloemhof Nature Reserve aan een groot stuwmeer. We kochten bij een slager in Vryburg onze laatste rumpsteak. Het woei weer hard in Bloemhof. We gaan opruimen, inpakken, de laatste braai aansteken en een groot vuur, want we hebben nog voor een heel weeshuis hout. Ik stop met schrijven, want morgen is niet interesssant meer: auto inleveren en naar de luchthaven. Het was een gekke vakantie: je blijft natuurlijk altijd dingen vergelijken met hoe het de afgelopen 30 jaar was. Botswana stelt nooit teleur. Natuurlijk blijft het een continu gevecht om de juiste balans te vinden tussen grond voor de inwoners en bush voor de dieren. Maar met de low quantity - high prices politiek van de regering blijft er meer dan 20% nationaal park en de dieren migreren natuurlijk ook daar buiten. Geen poaching. Het feit dat er campsites zijn gekomen is begrijpelijk en soms is een zwembad, een douche, een schoon toilet en wifi best fijn. Ook Namibië blijft een topper. Wel is hier meer massatoerisme gekomen en ik ben blij dat we niet naar Etosha zijn gegaan. Kaokoveld is in de afgelopen 30 jaar tot onze verbazing nauwelijks veranderd: de himba's leven nog net zo traditioneel als vroeger. Ook in Damaraland was het goed te constateren, dat de dieren terugkomen en dat ook in Namibië 20% Nationaal Park is. Ook hier geen poaching meer. Wel zijn de mensen er armer dan in Botswana en is het verschil tussen blank en zwart enorm. Het echte Afrika met zijn uitgestrektheid, zijn vrijheid, zijn bush en zijn wildlife bestaat nog. Alleen moet je wel meer je best doen om het te vinden. En blijft het een waarheid als een koe: hoe meer remote en hoe slechter de trails, hoe mooier het is en hoe groter de beloning. Het blijven de mooiste landen ter wereld. Ik hoop, dat jullie plezier hebben beleefd aan dit logboek. Vroeger schreef ik hele schriften vol, maar ook wij gaan met onze tijd mee. Tot ziens in Nederland namens ons. 

Foto’s

10 Reacties

  1. Atie Westendorp:
    19 november 2018
    Weer met plezier jullie verhalen gelezen. Wat een trip.
    Heb je jullie avontuur ook op de kaart aangegeven? Ben nieuwsgierig naar de trip.
    Goede reis en tot straks. Atie
  2. Hein e Ruth:
    19 november 2018
    Het leek mij weer een prachtige ervaring. Ik bel nog wel even voordat wij op pad gaan. (vrijdag naar Tenerife) groetjes
  3. Ingrid:
    19 november 2018
    Wat een overgang dadelijk weer naar ons kleine koude landje.
  4. Yvon:
    19 november 2018
    Wat een verslag. Mooi om mee te reizen met jullie. En dan straks weer hier, dat zal niet meevallen!
  5. Toke:
    19 november 2018
    Dank voor de leuke verhalen. We hebben mooi meegenoten. Xxx
  6. Chantal:
    19 november 2018
    Wat een avonturen beleven jullie, heerlijk om op deze manier mee te mogen genieten.
  7. Chantal:
    19 november 2018
    Een reis om nooit meer te vergeten! Bedankt voor de pakkende reisverslagen, net of ik een beetje met jullie mee was :-). Goede reis terug en hopelijk lukt het om eenmaal thuis nog een beetje in vakantiesfeer te blijven.
  8. Theo en Marian:
    20 november 2018
    Een bijzonder verslag waar nu een einde aan gekomen is. Goede reis naar huis, trek je dikke trui maar aan.
  9. Kitty:
    20 november 2018
    Wat leuk om mee te lezen wat jullie allemaal beleefd hebben. Zal wel weer wennen zijn, hier in de kou!
    Goede terugreis, of misschien al: Welkom thuis!
    xx
  10. Marieke:
    20 november 2018
    Dank voor jullie heerlijke verhalen!
    Genoten!
    Een hele goede terugreis, en hopelijk nog lang nagenieten.